GRONINGEN - FC Groningen gaat na de zomervakantie binnen de Opleiding van start met meidenvoetbal. De Trots van het Noorden deed afgelopen seizoen een haalbaarheidsonderzoek naar het opzetten van vrouwenvoetbal bij de club en de uitkomsten hiervan zijn positief. Meiden kunnen gaan dromen van spelen in Euroborg. FC Groningen wil nieuwe internationals uit het Noorden opleiden. De club start dit seizoen met een tweetal trainingsgroepen en verwacht binnen vier jaar een volwaardig eerste vrouwenselectie met voornamelijk regionale speelsters te hebben.
Algemeen directeur Wouter Gudde is vanaf zijn aanstelling bij de club in 2019 geïnteresseerd geweest in de mogelijkheid voor meiden- en vrouwenvoetbal bij FC Groningen. “FC Groningen heeft een groot achterland met veel potentie, ook voor jonge meiden die voetballen. Maar meiden met een voetbaldroom konden tot op heden nergens terecht. Daar gaat vanaf nu verandering in komen, wij pakken die verantwoordelijkheid. FC Groningen is een club waar iedereen kan groeien, jongens en meiden. Ook meiden kunnen gaan dromen van het spelen in Euroborg en misschien wel meer; de OranjeLeeuwinnen. Dat is onze ambitie, maar we doen het wel op onze eigen manier.”
Opleiding als fundament
Waar diverse collega-clubs de afdeling vrouwenvoetbal zijn gestart met een team in de Eredivisie, start FC Groningen met een eigen Opleiding voor meidenvoetbal. Deze Opleiding moet het fundament gaan vormen voor een duurzame vrouwenvoetbalafdeling bij de club. Valerie Overkamp, projectleider bij FC Groningen, heeft uitgebreid onderzoek gedaan binnen onze club en andere BVO's in Nederland. De belangrijkste succesfactoren die daaruit naar voren zijn gekomen zijn het van onderaf opbouwen van een voetbalpiramide en het meiden- vrouwenvoetbal volledig te integreren binnen de club.
Gudde: “Door onderaan de piramide te beginnen bouwen we een fundament voor de toekomst met een gezonde businesscase. We starten we twee trainingsgroepen; één voor speelsters onder-12 en één voor speelsters onder-13 tot en met onder-15. We streven ernaar om over vier jaar een eerste vrouwenelftal te hebben.”
Groei en ontwikkelen
Meiden zijn net als het afgelopen seizoen ook welkom in de Voorselectie als voorloper van de Opleiding en kunnen deelnemen aan de programma’s van de open FC Groningen Voetbalschool. De door de FC geselecteerde meiden die daadwerkelijk in de Opleiding terechtkomen in één van de twee trainingsgroepen gaan trainen bij FC Groningen en blijven in eerste instantie ook lid van hun eigen amateurvereniging. De oudste groep (onder-13 tot en met onder-15) traint meerdere keren per week, voor de groep van speelsters onder-12 wordt één trainingsmoment per week bij FC Groningen gecreëerd.
“De meiden die binnen onze Opleiding voetballen kunnen groeien door gebruik te maken van dezelfde topfaciliteiten als de jongens, dezelfde specialisten die we op het TopsportzorgCentrum hebben rondlopen en we werken met dezelfde leerlijnen. Presteren als Voetballer, Bewegen als atleet en Leven als topsporter. Uiteraard wel met oog voor de verschillende eigenschappen en kenmerken van vrouwen. Op deze manier zetten we dagelijks in op totale groei en ontwikkeling.”
Dat laatste geldt niet alleen voor de speelsters die kunnen dromen van presteren en schitteren in Euroborg. Met de start van meidenvoetbal draagt FC Groningen ook bij aan het ontwikkelen van vrouwelijk kader. “Er zijn tal van trainsters en specialisten die een loopbaan in het betaalde voetbal ambiëren en ook voor deze groep bieden we kansen om zichzelf in een absolute topsportomgeving te ontplooien.”
Rolmodellen
FC Groningen. Word Groter. Het geldt voor iedereen die bij de club betrokken wil zijn en vanaf dit seizoen ook voor voetballende meiden met ambitie. Juist de noordelijke aanpakkersmentaliteit, hard werken en het voortouw nemen, allemaal onderdeel van het Groningen-DNA gaan zorgen voor een goede basis voor potentiële internationals. “Het doel is om nieuwe Groningse internationals op te leiden, rolmodellen waar de volgende generaties weer tegen kunnen opkijken. Ik denk dat iedereen hiernaar uitkijkt en dat we op heel veel draagvlak kunnen rekenen binnen onze eigen gemeente en het gehele verzorgingsgebied. We kunnen niet wachten om te starten.”