GRONINGEN - De provincies Drenthe, Fryslân en Groningen zetten hun samenwerking voort met het nieuw Boa-convenant "Groene handhaving".
Voor het behoud van de natuur en de veiligheid in het buitengebied werken veel partijen samen. De Buitengewoon opsporingsambtenaren (Boa’s) spelen daarbij een belangrijke rol. Het convenant ‘Groene handhaving’ maakt het weer mogelijk dat de 'groene' Boa’s in elkaars natuurgebieden kunnen toezicht houden en handhaven. Ook kan hierdoor de beperkte Boa-capaciteit gezamenlijk efficiënter worden ingezet.
Wegens succes verlengd
In 2016 is het convenant "Groene handhaving" ondertekend door 15 partijen. Deze partijen zijn verschillende Boa-werkgevers, politie Noord-Nederland en het Openbaar Ministerie. Het oude convenant is verlopen. Alle betrokken boa-werkgevers willen graag verder met het convenant. De drie provincies hebben daarom een nieuw convenant opgesteld. Het convenant wordt nu ter ondertekening aan de partijen voorgelegd, zodat het daarna weer in werking kan treden.
Beschermen van planten en dieren
Het aantal bezoekers in de natuur neemt toe. Die groeiende waardering voor de natuur is positief, maar brengt ook nieuwe uitdagingen met zich mee. Voor het beschermen van planten en dieren is het belangrijk dat bezoekers van natuurgebieden zich aan de regels houden, zoals hond aan de lijn en op de paden blijven. Vooral in het voorjaar is de natuur kwetsbaar. Dan zijn er vele broedende dieren en beginnen de planten met een nieuw groeiseizoen.
Samenwerking goed voor de natuur
Door de samenwerking kunnen de ‘groene’ Boa’s er, bijvoorbeeld tijdens het broedseizoen beter op toezien dat er verantwoord gerecreëerd, verbouwd of gesnoeid wordt. Het nieuwe Boa-convenant draagt zodoende bij aan de bewustwording, bescherming en instandhouding van onze (kwetsbare) natuur en de soorten die daarin leven.